Menu

Het criterium van Pareto

“Een maatschappelijke toestand is Pareto-optimaal indien het onmogelijk is om een wijziging door te voeren waarbij de welvaart van tenminste één individu toeneemt, zonder dat de welvaart van ten minste één ander individu afneemt.”

= normatief

- Paretoverbetering: verandering zó dat minstens één individu erbij wint zonder dat iemand erbij verliest

- Grafisch: Paretogrens geeft weer hoeveel welvaart het ene individu maximaal kan verwerven, wanneer welvaart van alle andere individuen is vastgelegd

- Pareto-efficiënt:

- PuntenA,B,C,D,E,…

- Meer algemeen: Paretogrens

- Pareto-inefficiënt:

- Punten M, N, …

- Meer algemeen: onder Paretogrens

- Mogelijke oorzaken van inefficiëntie:

- Weinig aanbieders

- Externe effecten

- Publieke goederen

- Kritiek op criterium van Pareto:

- Veel punten zijn onvergelijkbaar

- Voorbeeld: punten C en M

- Pareto-efficiënte punten, maar welk is ‘best’?

- Voorbeeld: punt A beter dan punt C???

Lees meer...

Het competitieve evenwicht op lange termijn

Welvaartsinterpretatie van het competitieve evenwicht

- Competitief marktevenwicht op lange termijn

a) uit winstmaximalisatie door individuele onderneming volgt dat prijs = marginale kosten;

b) uit vrije toetreding volgt dat prijs = minimum van gemiddelde kostenfunctie, zodat geen winst meer wordt gemaakt;

c) aantal ondernemingen is zodanig dat marktvraag = marktaanbod

Lange termijn evenwichtsvoorwaarden

- Iedere onderneming maximaliseert haar winst (MK=p);

- De winst van de onderneming is nul zodat er geen toe- of uittreding meer is (p=GK);

- De totale marktvraag = totale marktaanbod

- Indien alle ondernemingen een identieke kostenstructuur hebben:

- Marktaanbod op lange termijn volledig horizontaal

- Prijsstijging: winstperspectief: toetreders

- Prijsdaling: verlies: uittreders

- Vraag bepaalt enkel aantal bedrijven in markt en daaruit voortvloeiende totale productie

- Indien ondernemingen een verschillende kostenstructuur hebben:

- Verschillende technologie: verschillende kostenstructuur

- Marktaanbod op lange termijn niet horizontaal

Beschouw Figuur 8.7.:

- Ondernemingen type A (links)

- Max 50

- Betere productietechnologie

- Onderneming type B (rechts)

- Onbeperkt in aantal

- Slechtere productietechnologie

- Vlakke aanbodcurve vanaf prijs = 3,6

- Vanaf dan biedt ook type B aan (onbeperkte technologie)

- Ondernemingen van type A: inframarginale toetreders

- Maken wel degelijk ‘winst’

= Economische rente

- Meest efficiënte ondernemingen halen economische rente binnen omdat zij toegang hebben tot schaarse technologie

Lees meer...

Het competitieve evenwicht op korte termijn

- Competitief marktevenwicht op korte termijn

a) uit winstmaximalisatie door individuele onderneming volgt dat prijs = marginale kosten op korte termijn;

b) uit prijsmechanisme volgt prijs waarbij vraag en aanbod aan elkaar gelijk zijn

Figuur 8.5.: competitief marktevenwicht

a) prijs = marginale kosten (KT) = 3,4

b) vraag = aanbod (80*35) = 2800

Lees meer...

De marktvraag als horizontale sommatie van individuele gevraagde hoeveelheden

- Marktvraag: som van gevraagde hoeveelheden bij gegeven prijs

- Beschouw markt met

- 100 vragers type X

- 50 vragers type Y

- Bij marktprijs = €2,5

- Totale gevraagde hoeveelheid = 700 (6*100 + 2*50)

- Marktaanbod: som van hoeveelheden bij gegeven prijs

- Onderscheid

- Korte termijn

- Sommige productiefactoren vast

- Individuele aanbodfunctie

~ KT marginale kostenfunctie

- Lange termijn

- Alle productiefactoren variabel

- Individuele aanbodfunctie

~ LT marginale kostenfunctie (minder stijl)

- Vrije toe- en uittreding

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen