Item gefilterd op datum: december 2012

 Merken, ideeën, diensten, processen volgen een levencyclus
 Introductie -> Groeifase -> Maturiteitsfase -> Neergang
 Innoveren om ervoor te zorgen dat productintroducties klaar zijn

Introductie
 gekenmerkt door radicale innovatie

S-curve
 Begin S-Curve: veel investeringen nodig om kleine toename in performance te verkijgen
 Middendeel : rel. kleine investeringen zorgen voor grote toename in performance
 Bovenste deel: substantiële investeringen nodig voor kleine performanceverbeteringen -> nieuwe technologie introduceren -> minder performant maar groeipotentieel

Maturiteits & Neergangsfase
 radicale innovaties of businessmodelinnovatie nodig

Productinnovatie VS procesinnovatie
Procesinnovatie gericht op het efficiënt maken van het productieproces
Productinnovatie en procesinnovatie  sterk met elkaar verwezen

Architecturale innovatie VS componentinnovatie
Componentinnovatie  slaat op 1 component
Architecturale innovatie  Slaat op een volledig systeem
- Competentieversterkend (gebaseerd op kennis die aanwezig is)↔ Competentievernietigend

Radicale versus incrementele innovatie
Radicale innovatie
= Innovaties die heel nieuw zijn en verschillend van alle eerdere producten en oplossingen
 per definitie meer risicovol dan incrementele , zowel op technisch vlak als op de markt
Obstakels:
 onduidelijkheid markt
 experimenteren met verschillende designs
 verandert manier van denken en hertekent markt
 veel bedrijven kunnen transactie niet maken


Waarde-innovatie
 waarde van een product verhogen door de consument
 hoe in een blauwe oceaan ? differentiëren en tegelijk kosten reduceren, nieuwe markten betreden
Managementinnovatie

Innovatie
=het vinden van vernieuwende ideeën en met manieren om deze ideeën om te zetten in succesvolle producten pf processen
 permanente vernieuwing van dit succes met langetermijnsucces
 er moet bron zijn van vernieuwende ideeën en moeten ingeschakeld worden in de onderneming
 Creatieve ideeën omzetten in bruikbare processen, succesvolle producten of motiverende werkmethoden
 moeten economische en sociale meerwaarde creëren
 exploratie / exploitatie !
 zo snel mogelijk deel uitmaken van belangrijke bedrijfsprocessen
 Snel en degelijk in bedrijf verspreid worden, gunstig ontvangen worden en deskundig geïmplenteerd
 Tijdig en efficiënt en winstgevend op de markt gebracht
 toenemend belang door toenemende globalisering: differentie van producten !!
 procesinnovatie: bedrijven kunnen kosten reduceren
 nieuwe producten: beschermen van winstmarges

Sociaal ondernemer
= iemand die een sociaal probleem onderkent en ondernemerschapstechnieken toepast om een bedrijf te creëren, organiseren en managen dat sociale veranderingen kan teweeg brengen

wie veel belang hecht aan duurzaam ondernemen >> stakeholderkamp !!
 duidelijk voordeel MVO: bedrijven zijn veel minder verrast door tegen hen herichte harde acties

Type 4 managers
= zijn managers die wel mooie resultaten halen maar die zich helemaal niet gedragen naar de waarden van de onderneming

 in eerste fase zal bedrijf zijn fundamentele waarden duidelijk bekend moeten maken aan de omgeving
 bedrijf bestaat slechts bij gratie van de maatschappij: samenleving zorgt voor infrastructuur, hoogopgeleid personeel, maar ze garandeert ook dat de onderneming kan opereren binnen een rechtskader

1. Economische verantwoordelijkheid: bedrijven moeten zich onderwerpen aan de economische rationaliteit
2. Wettelijke verantwoordelijkheid: bedrijven moeten de wet respecteren
3. Ethische verantwoordelijkheid: bedrijven moeten doen wat goed en rechtvaardig is, ook al schrijft de wet dat niet voor
4. Filantropische verantwoordelijkheid: bedrijven moeten bijdragen aan het “het goede doel”

= concept waarbij bedrijven in het kader van hun bedrijfsactiviteiten en in hun relaties met andere partijen vrijwillig aandacht aan sociale kwesties en aan het milieu schenken
= ICO: de term MVO verwijst naar de verantwoordelijkheid die ondernemingen kunnen opnemen in het streven naar een duurzame samenleving: ALLE aspecten van duurzame ontwikkeling, zowel economische, sociale als milieuaspecten

= Als nadruk niet zozeer ligt op goed of kwaad, maar het bedrijfsleven bekwaam en gemotiveerd wordt geacht mee te werken aan een permanent zichzelf verbeterende toekomst
 triple P botomline bestaat uit: Pople, Planet, Profit