Menu

Waarom bij ons?

Drie factoren verklaren de snelle ontwikkeling van de industrie in onze gebieden

  1. Aanwezigheid van grondstoffen en proto-industrie
    België gespecialiseerd in vlas en wollen stoffen, katoen zorgde voor industrialisatie
  2. Productieve,bloeiende landbouwsector
    Overschakeling drieslagstelsel naar vruchtwisselstelsel, invoer aardappel
  3. Aanwezigheid van kapitaal
    Société Générale de Belgique (Willem I) Eerst langlopend krediet die het mogelijk maakte grotere projecten te financieren
Lees meer...

De mechanisatie van andere sectoren

Mechanisatie (1815) = De introductie van de stoommachine in de industriële productie
> Textiel- en metaalindustrie

Continentale Blokkade opgegeven = Mechanisatie in andere sectoren na de val van Napoleon

Koning Willem I

  • Voerde een industrie gerichte politiek, die de afzet va steenkool in de Nederlanden afschermen  Protectionisme
  • Zocht naar betere middelen op kapitalen te verzamelen voor de opkomende industrie
  • Richtte eerste zakenbank op = Algemeene Nederlandsche Maatschappij ter Begunstigde van de Volksvlijt

Gebroeders Cockerill = Lieten na de opheffing van de Continentale Blokkade machines uit Engeland komen en ze bouwen de metaalsector uit in het Luikse en scheepsbouwwerven in Antwerpen (Cockerill Yards)

4. Ongelijkmatige geografische spreiding

Industrialisatie België = Vrij intens, maar vrij ongelijkmatig verspreid

  • Begin 19de eeuw: Wallonie (De as Luik-Charleroi)

Met uitzondering haven Antwerpen en mechanisatie katoenindustrie in Gent, was er nog veel huisnijverheid in Vlaanderen.

  • Eind 19de eeuw: Twee industriële assen zichtbaar in België
    1) Verticale as van Antwerpen over Brussel naar Charleroi (ABC-as)
    2) Horizontale as, het steenkoolbekken van Luik naar Charleroi
  • Bouw van spoorwegen en kanalen

Gevolg industrialisatie = Verstedelijking door daling tewerkstelling platteland, opkomst fabrieken in steden

Lees meer...

Steenkool, (giet)ijzer, staal en zink

Uitvinding stoommachine (Newcomen  Watt) = Toepassing in katoenindustrie en steenkoolmijnen (Welwater wegpompen en veel dieper graven)

Steenkool = Essentiële grondstof voor de industriële revolutie

  • Particulieren Belangrijkste brandstof
  • Industrie Brandstof en hulpstofvoor het vervaardigen van gietijzer en staal

Spoorwegen = Vormden samen met de ijzerindustrie de tweede duurzame pijler van de industriële revolutie (Eerste spoorweg (1835): Mechelen-Brussel

Lees meer...

De ‘boom’ van de katoenindustrie

Katoen = Sterker dan vlas en veel beter bestand tegen vocht dan wol

Vraag naar katoen steeg

  • Door een sterke stijging van de bevolking eind 18de eeuw
  • Legeruniforms en –tenten

Engeland = Invoer van katoen werd belemmerd door protectionistische maatregelen. Ze maakten zelf hun katoenen stoffen
> Goedkoop katoen ingevoerd uit Afrika en Zuidelijke Staten van de USA (Katoenplantages met Afrikaanse slaven)

Tweemaal winst voor Engeland

  • Handel in Afrikaanse slaven
  • Productie en de handel in afgewerkte stoffen

Uitvoer van katoen = Naar overzeese gebieden, later ook naar meeste Europese landen
> Katoen werd in echte factories/cotton mills vervaardigd dankzij de jennies

Keerpunt in de wereldeconomie = Europa voerde nu minder in van het Verre Oosten en voerde meer uit

Lieven Bouwers (1769-1822) = Industrieel spion die de mule Jenny smokkelde van Engeland naar Gent en werd daarvoor ter dood veroordeeld door de Britten
> Reactie Engeland = Alle handel met Frankrijk werd verboden

Continentale Blokkade = Embargo Napoleon op Britse producten
> Afzet van Bouwers was verzekerd (Produceerde voor het Napoleontische leger)

Mule Jenny = De eerset met stroom aangedreven spinmachine

(Embargo = Verbod om goederen aan een land te leveren om zo te protesteren tegen wat dat land doet of juist nalaat)

Lees meer...

De fabrieksproductie

Spectaculaire groei van industriële productie in Engeland in drie sectoren: Katoen, Steenkool, ijzer

Factory = Het ontstaan van de moderne fabriek lag aan de basis van deze speculatieve groei
> Eerste moderne fabriek eind 18de eeuw (Lancashire)  Katoenfabrieken/Cotton mills
> Eerst met waterkracht dan met stroom
> Het weven en spinnen vond niet meer thuis plaats

 Eerste technologische innovatie

Vliegende schietspoel p35

Lees meer...

De proto-indrustrie*, nijverheid voor industriële revolutie

Proto-industrie = Een vorm van industriële revolutie  Voorbereiding op de IR

  • Vlaanderen Vlas en linnennijverheid/Wol
  • Gent en Ieper: Laken
  • Brussel, Oudenaarde, Doornik Tapijten
  • Luik Metaalindustrie/Wol

Productie in 18de eeuw = In ambachtelijke ateliers in steden/ bij boeren thuis volgens systeem van putting out

Putting out = Een groothandelaar of koopman-ondernemer leverde grondstof en haalde de afgewerkte producten tegen een stukloon op om ze op de binnenlandse markt of in het buitenland te verkopen

Voorbeeld
Adam Smith’s “An inquiry into the Nature and Causes of the Wealth of Nations”, waarbij hij uitlegt hoe arbeidsdeling in een speldenmanufactuur de productiviteit opdrijf, een bron van ‘wealth’

Op het platteland vormde het gezin de economische basiseenheid

Autonomie = Gezinnen waren vrij in het bepalen van begin-einde en tempo van het arbeidsproces, maar dit was zeer relatief door het lage loon die ze er maar voor kregen

Gedurende industrialisatie = Arbeidsverhoudingen zoals fabriekarbeid, wever betaalt voor arbeid en niet voor product, haalde grondstof bij ploegbaas.

“Travail à façon” = Eindproduct moest aan standaarden voldoen

Manufactures =Grote ateliers zonder machines, artisanale wijze met hand en gereedschap
> Andere vorm van proto-industrie

  • Eerste stap naar een andere arbeidsorganisatie  Arbeid en specialisatie
  • Ander vorm van verloning  Uurloon ipv stukloon

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen