De rijkere-klasse-paradox
- Gepubliceerd in Filosofie
- Reageer als eerste!
“Het rijkere Westen reproduceert zichzelf veel minder talrijk dan de minder kapitaalkrachtige werelddelen.”
“Het rijkere Westen reproduceert zichzelf veel minder talrijk dan de minder kapitaalkrachtige werelddelen.”
1) “Sommigen spenderen geld om tijd te winnen, anderen spenderen tijd om geld te winnen.” Tijd en geld worden afgewogen op verschillende levensperiodes.
1) Meer en betere werkprestaties van minder mensen.”
(-1/2 x 2 x 3 = P)
1) “Waar de enen werk en geld hebben maar geen tijd meer, hebben de anderen veel tijd, maar geen werk meer.”
- Kant-en-klare maaltijden kopen enz...
“Intelligentie gaat waar ze reeds is” Vb. Braindrain uit de VS
‘On the site’ leren
- Leerprocessen die plaats vinden tijdens de jobuitoefening en op de plaats waar de functie wordt uitgeoefend.
‘Off the site’ leren
- Leerprocessen die niet plaatsvinden in de directe nabijheid van de werkplek.
Overdrachtsgericht
- De beoogde uitkomst van het leren kan op voorhand voorgesteld worden.
- Men weet wat er geleerd moet worden.
- Doel is de overdracht van beschikbare kennis
- Is steeds intentioneel
Ontwikkelingsgericht
- Startpunt is een probleem waarmee men geconfronteerd wordt.
- Het resultaat van wat men wil leren ligt niet van tevoren vast.
- Het leerproces wordt gestuurd door de lerende.
Incidenteel:
- Iemand leert onbedoeld, als bijverschijnsel bij andere activiteiten.
- Zonder planning of sturing vooraf.
- De lerende wordt zich hooguit achteraf bewust van het resultaat.
- Ook vaak ‘impliciet leren’ genoemd.
- Bvb. Iemand anders handelingen zien doen.
Intentioneel
- Iemand heeft de expliciete bedoeling iets te leren, leerdoelen worden vooral gespecifieerd
- De lerende is zich bewust van het leerdoel en het leerproces.
- Ook vaak ‘expliciet leren’ genoemd.
- Bvb. Collega vragen om uitleg, deelnemen aan studiedagen
Formeel:
- De leersituatie wordt opzettelijk georganiseerd door derden.
- Een autoriteit bepaalt de gang van het leren.
- Bvb. Projectgroepen, workshops, cursussen, afstandsleren, stages (met de bedoeling om te leren).
Informeel:
- De leersituatie wordt niet door iemand expliciet gecreëerd met de bedoeling om te leren.
- Door mensen zelf gestuurde kern
- Bvb uitwisselen van informatie, discussies tussen collega’s (niet opzettelijk).
Formeel:
- De leersituatie wordt opzettelijk georganiseerd door derden.
- Een autoriteit bepaalt de gang van het leren.
- Bvb. Projectgroepen, workshops, cursussen, afstandsleren, stages (met de bedoeling om te leren).
Informeel:
- De leersituatie wordt niet door iemand expliciet gecreëerd met de bedoeling om te leren.
- Door mensen zelf gestuurde kern
- Bvb uitwisselen van informatie, discussies tussen collega’s (niet opzettelijk).
Verbeterend (incrementeel)
- Gericht op het verbeteren van bestaande competenties.
- Vaak nadat fouten in aanwezige competenties worden vastgesteld.
- Leren de dingen ‘goed doen’: Kwaliteit verbeteren.
Vernieuwend
-Vervangen van het bestaande door iets nieuws.
- Leren ‘de goede dingen’ doen.
6 Indelingen:
1) Schaal: individueel vs collectief leren
Individueel
- Bijstellen van competenties van individuen
- Rond het vakdomein van één persoon (Mentor)
Collectief:
- Bijstellen van collectieve elementen van een organisatie, een groep of team van medewerkers van de organisatie
- Draagt bij tot de kennisontwikkeling van de organisatie
- Bv bijstellen van de organisatiestructuur, strategie, communicatiepartijen
Collectief leren ó
- Individuen leren elk op zich
- De individueel ontwikkelde kennis wordt gedeeld met anderen.
- Delen van de kennis en ontwikkelen van competenties leidt tot een nieuw collectief gedrag.
- De ontwikkelde kennis wordt geconcretiseerd in de organisatie.
- kennis wordt vastgezet in het collectief geheugen.
1) Het management
Het management legt de nadruk op:
Actieve rol van het topmanagement:
Nieuw leiderschap:
2) De werkstructuur
Werkstructuur met vrijheidsgraden:
Intensieve interactie en communicatie met andere teams en de buitenwereld
Empowerment:
3) Visie-en strategievorming
Gedecentraliseerde strategievorming
Strategie door middel van collectief leren en participerende beleidsvorming.
4) Leercultuur
Bereidheid tot:
Condities voor vernieuwend leren scheppen
Change agents:
5) Interne en externe informatie
Feedbacksysteem:
Openheid naar andere organisaties (Benchmarking)
Aanleggen van adequate databanken
Definitie lerend vermogen: het vermogen van een organisatie om door leerprocessen continu kennis te ontwikkelen en zodoende in te spelen op een veranderende interne of externe context. Men onderscheid 4 soorten leervermogens binnen organisaties:
Absorptievermogen (kennis binnenhalen):
Generatievermogen (kennis ontwikkelen):
Diffusievermogen (kennis verspreiden):
Exploitatievermogen (kennis aanwenden)
Model van de lerende organisatie: Hoe aanpassen aan de nieuwe vereisten van de onderneming?