De ruiltheorie van Blau
- Gepubliceerd in Sociologie
- Lees 866 keer
Bio- en bibliografische situering
1918-2001. Studeerde sociologie en sociale psychologie. Centrale onderzoeksdomein: (bureaucratische!) organisatie -> Wat is de relatie tussen het eenvoudige ruilgedrag en instituties? Hij ontwikkelde een eigen structuralistische variant van het ruilparadigma. De psychologische grondslag van het ruilhandelen staat niet langer centraal, wel de emergente sociale verschijnselen van de ruil. Hij heeft zich dus ook beziggehouden met structuuranalyse, niet enkel met ruiltheorie.
Intellectuele situering
→ Steunt grotendeels op Homans’ ruiltheorie. Blau erkent veel meer dan Homans dat institutioneel gedrag emergente sociale verschijnselen vertoont die niet te reduceren zijn tot de eigenschappen van subinstitutioneel gedrag. Blau wil aantonen hoe structuren zoals sociale stratificatie emergeren uit eenvoudige, directe ruilrelaties → Microsociologische perspectief verbinden met macrosociologische perspectief. Blau probeert ook aan te tonen hoe ruil kan omslaan in iets anders dan ruil, namelijk in machtsprocessen of in waardeconsenses.
Economische vs. Sociale ruil
→ aanvulling op Homans’ ruiltheorie:
Blau: onderscheid tussen economisch een sociale ruil is van belang
- om de specificiteit van sociaal gedrag aan te duiden
- om de omslag van ruil naar macht of naar waardeconsensus te begrijpen.
Sociale ruil: sociale interactie buiten de economische sfeer vertoont belangrijke overeenkomsten met economische transacties.
MAAR Blau: Verschillen tussen economische en sociale ruil ook belangrijk:
Sociale: tegenprestaties individuen zijn niet nauwkeurig bepaald ↔ Enonomische: exact bepaald wat geruild wordt en op welke manier, ruilbepalingen vaak contractueel bepaald (prijs, leveringsdatum, …).
- Sociale: algemene verwachting dat de ander een verleende dienst zal beantwoorden met een wederdienst, waaruit en wanneer deze plaatsvindt wordt overgelaten aan de betrokkene. De aard van de wederdienst moet ongespecificeerd blijven, anders sociale karakter weg!Sociale karakter → creëert wederzijds vertrouwen: begint met kleine sociale transacties met weinig risico’s en waarin de betrokkenen hun betrouwbaarheid kunnen bewijzen.
- Economische: De persoon van wie men goederen of diensten krijgt doet niet ter zake ↔ Sociale: verkregen beloningen worden niet volledig losgekoppeld van de persoon van de ruilpartner. Voorbeeld: vriendschap