Vygotsky’s Sociocultural Perspective
- Gepubliceerd in Psychologie
Cultuur vormt de cognitieve ontwikkeling van een kind.
Cultuur vormt de cognitieve ontwikkeling van een kind.
De adolescent heeft de hypothetico-deductive reasoning: een formal-operation probleem oplossings strategie waarbij een individu begint met het identificeren van alle factoren die met het probleem te maken kunnen hebben en dan systematisch verschillende oplossingen evalueerd.
Een andere karakteristiek is de adolescent egocentrism: de aanname dat iedereen jou gedachten, gevoelens en zorgen deelt.
Sieghler’s benadering: = ‘rule assessment’: terwijl kinderen ouder worden ontwikkelen ze steeds betere regels en strategieën om problemen op te lossen en logisch te denken. Het focust op begrip, uitdaging en het veranderen van de regels.
Er zijn de neo-Piagetian theories: ze houden de ontwikkelfases vast, maar voegen bevindingen over de information-processing van de rol van attentie, geheugen en strategieën toe.
Problemen van de Theorie van Piaget:
Problemen met fases: door het ontbreken van consistentie in het denken van kinderen zijn de fases niet hard te onderscheiden.
Onderschatten van de mogelijkheden van kinderen: deze onderschatte Piaget.
Cognitieve ontwikkeling en cultuur: deze theorie kijkt niet naar de cultuur en de sociale omgeving van kinderen.
Volgens Piaget zijn er 3 basisaspecten van redeneren om conservation problemen op te lossen:
Ook in deze fase: classification: het groeperen van objecten in categorieën.
Seriation: het zetten van objecten in een bepaalde volgorde zoals grootte/gewicht ed.
Het is moeilijk om reversible thinking te doen: achteruit denken.
Decentring: het focussen op meer dan 1 ding tegelijk. Ook hebben de kinderen in deze fase de gevoeligheid om egocentric te zijn: de aanname dat mensen de wereld waarnemen zoals jij dat doet. Ook hebben ze Collective monologue: vorm van praten waarin kinderen in een groep praten maar niet echt een interactie of communicatie hebben.
het wijzigen van bestaande schema’s of het creëren van nieuwe als reactie op nieuwe informatie.
nieuwe informatie inpassen in bestaande schema’s. mensen gebruiken hun bestaande schema’s om sense te maken van de wereld.
aanpassing aan de omgeving.
mentale systemen of categorieën van perceptie of ervaring. Deze tijd de bouwstenen van denken.
het continue proces van het omzetten van informatie en ervaringen in mentale systemen en categorieën.