Logo
Print deze pagina

De doelgerichtheid van het gedrag

  • Soorten doelgerichtheid
     Vermijdingsgedrag
    - Passief vermijdingsgedrag
    Bv. Jannis stopt met studeren, ze denkt dat ze niet zal slagen
    - Actief vermijdingsgedrag
    Bv. Joris is zwak voor Frans en denkt niet te slagen, daarom neemt
    hij extra bijles

     Toenaderingsgedrag
    - Nastreven wat men niet heeft
    Bv. Mateo zet zich harder in dan vorig jaar, hij wil zeker slagen
    - Behouden wat men heeft
    Bv. Fleur had vorig jaar goede punten voor talen, ze leest nu met plezier
    haar Franse boeken.

Motivationele conflicten
 Het toenaderings-toenaderingconflict
= niet kunnen kiezen tussen twee leuke dingen
een conflict dat vrij makkelijk op te lossen is
Bv. Zou ik vanavond op stap gaan of zou ik een film kijken ?

 Het toenaderings-vermijdingsconflict
= Iets dat je heel graag wil, maar er is een negatief kantje aan
keuze tussen leuk en niet leuk
een conflict dat moeilijk op te lossen is
Bv. Bettina is een topmodel geworden en mag voor een shoot naar
Hongarijen, haar droom komt uit, maar ze heeft enorme vliegangst
en dat valt haar zwaar.

 Het vermijdings-vermijdingsconflict
= keuze tussen twee opties die beiden niet leuk zijn
een conflict dat moeilijk op te lossen is
Bv. Pieter weet dat hij een grote straf krijgt als hij zijn huiswerk niet
maakt, maar hij heeft echt geen zin om aan die stomme oefening te
beginnen

Copyright © 2017. All rights reserved.