Logo
Print deze pagina

STERFECIJFERS 17de, 18de eeuw

 zwakke fysieke toestand van vroegmoderne bevolking oa merkbaar aan grote aantal handicaps en kleine lichaamsgestalte

 levensverwachting bij geboorte: 25 tot 35 jaar ( 20 % zuigelingen sterft voor 1e levensjaar)

  • slechts ½ van iedere generatie bereikte volwassen leeftijd
  • besmettelijke ziekten door primitieve watervoorziening, gebrekkige afvoer fecaliën en geringe lichaamshygiëne + chronische ondervoeding en minderwaardig voedsel vb. Tyfus en dysenterie
  • grootschalige vitaminetekorten
  • groot infectiegevaar omwille van hoge bevolkingsdichtheid en gebrekkige hygiëne in steden
  • sterftecijfer verschilde van jaar tot jaar, maar was het ergst in geval van epidemieën, hongersnoden en oorlogen en zeker als deze samenvielen

 tijdens 2e helft 18E E komen sterftepieken steeds minder voor

  • schaarste en hongersnoden reeds zeldzamer vanaf 1750
  • einde vd vele moorddadige epidemieën
  • minder oorlogsgeweld
  • geleidelijke afname vd gewone sterfte
  • Thomas Mc Keown: stijging vd welvaart en dus de kwaliteit vh voedsel

 koopkracht daalde met het sterftecijfer: geen verband met voeding

  • centrale overheid ging gezondsheidsaangelegenheden regelen + werkte vanaf 19e E aan het hygiënisch bewustzijn op structurele wijze en met meer financiële middelen

Edward Jenner

 Engelse arts die aan de basis ligt van één vd belangrijkste medische vernieuwingen ooit: het principe van de vaccinaties

 koepokkenvaccin zorgde voor levenslange bescherming tegen de pokken

 het enige virus dat vandaag de dag volledig is uitgeroeid en vd aardbol is verdwenen

Copyright © 2017. All rights reserved.