De sofisten en Socrates (vijfde eeuw v.C.)
- Gepubliceerd in Geschiedenis
- Lees 1053 keer
- Sofisten
= rondreizende leraars die aan de stilaan groeiende rationele denkwijzen een praktische toepassing gaven
- onderwezen tegen betaling zonen van rijke burgers om ze voor te bereiden op een rol in het politieke leven
- Kritisch denken toepassen op problemen van moraal en maatschappij – ordening, in plaats van uitsluitend op de natuur
- Zwaartepunt van de filosofie: van onderzoek naar de aard van de werkelijkheid, naar studie van de mens en de samenleving
- Introduceren van het relativisme
- Spraken niet over godsdienst
- Protagoras
- “De mens is de maat van alle dingen” er is geen absolute waarheid of absolute waarden
- Overreden = belangrijker dan de waarheid
- Socrates
(° 470 v.C. in Athene)
- Kon relativisme van de sofisten niet aanvaarden
- Zag in dat oude funderingen van moraal en maatschappijordening op mythen en tradities niet meer volstonden
- Was een meesterlijke ondervrager
- “Ik weet dat ik niet weet” maakte hem volgens hem wijzer dan de sofisten, die beweerden iets te weten
- Bronnen voor Socrates: Xenophon en Plato