Indifference curve
- Gepubliceerd in Economie
is een curve die de combinatie van verschillende market baskets weergeeft wat één bepaalde consument weergeeft.
is een curve die de combinatie van verschillende market baskets weergeeft wat één bepaalde consument weergeeft.
preferences zijn transitive, wat inhoudt dat je A liever wil dan B, en dat je B liever wil dan C, wat betekent dat je A ook liever wil dan C. Meer is beter dan minder, consument is nooit tevreden en wil altijd meer. Verder in het hoofdstuk wordt er nog één verteld, namelijk het verminderen van MRS, wat inhoudt dat bij de indifference curve de helling steeds meer toeneemt (minder negatief) en dat dus de MRS afneemt.
preferences zijn compleet, wat inhoudt dat ze bijvoorbeeld twee baskets kunnen vergelijken op inhoud en dan de één boven het ander verkiezen. Hier worden de kosten genegeerd.
is de graad waarin een product gevoelig is voor kostenbesparende verbeteringen.
wanneer individuen handelen vanuit hun eigen interesse, creëren ze onbedoeld een meer rechtvaardige samenleving.
verticaal betekent dat de één beter is dan de ander, horizontaal betekent dat ze wel verschillend zijn, maar dat geen superieur is boven het ander.
Econoom Adam Smith, voorvader der economie, constateerde dat inventies belangrijk waren voor het ontstaan van welvaart. Dit zou ontstaan door verdeling van arbeid of economische specialisatie. In zijn boek, Wealth of Nations, wordt verklaard dat vrije markt economie meer productief en voordelig is voor de samenleving.
zijn bedrijven die luxegoederen produceren en dus erg afhankelijk zijn van economische schommelingen, recessie en boom.
van de vraag is de prijselasticiteit op een bepaald punt in de vraagcurve. Om de prijselasticiteit te berekenen over een deel van de curve, dus bij verschillende prijzen, gebruik je de arc elasticity of demand. Daarvoor gebruik je gemiddeldes van prijzen en vraag.
is dit toegepast op de vraag naar een product wanneer deze met 1% duurder wordt.
is de procentuele verandering van een variabele die ontstaat bij een 1% verhoging van een andere variabele.