Logo
Print deze pagina

Uitvoering in de praktijk

De rentevoet = Het sluitstuk van het monetaire transmissiemechanisme en de ECB gebruikt de rentevoet om de economische activiteit te beïnvloeden

Rente ↓ Economische activiteit ↑ Investeringen en consumptie ↑
Rente ↑ Economische activiteit ↓ Sparen ↑

Evolutie rentevoeten = Het resultaat van vraag en aanbod

Reserves parkeren = De banken moeten verplicht 2 euro bij de ECB parkeren voor iedere 100 euro die bij de bank is aangehouden in vorm van deposito

A2 =In tijden van crisis wordt de rente verlaagd en ECB biedt meer euro’s aan zodat de banken meet reserves hebben

Inelastisch aanbod = De ECB beslist zelf hoeveel euro’s zij aanbiedt ondanks de rente

Vraagfunctie = De vraag naar euro’s van geld heeft een inverse relatie met de rente
Rente ↑ Vraag euro’s ↓ want kostprijs van geld ↑

Competitieve veilingen = De ECB organiseert veilingen om euro’s in omloop te brengen

Verloop van een veiling

  1. Op basis van macro-economische gegevens beslist de ECB wat de best passende rentevoet zou zijn om haar doelstellingen te realiseren
  2. De ECB berekent de hoeveelheid euro’s die ze aan banken moet aanbieden om die rentevoet te realiseren
  3. Ze organiseert een veilig waar ze de berekende hoeveelheid euro’s aanbiedt
    Aankondiging: Hoeveelheid euro’s en terugbetalingstermijn van de lening
  4. Iedere bank geeft door hoeveel euro’s ze went en aan welke rente ze die wil lenen
    > De ECB geeft een ondergrens van de te bieden rente mee
  5. De ECB verzamelt alle gegevens van alle banken. De bank met de hoogte rentevoet wordt eerst bediend, daarna de tweede hoogste bieder enz. De ECB loopt alle banken in volgorde af tot de berekende hoeveelheid euro’s is toegewezen
  6. 6. Na het verstrijken van de terugbetalingtermijn geven de banken de geleende euro’s terug met de te betalen rente

Voorwaarden om te lenen = De banken moeten voldoende waarborgen en onderpand aanbieden voor het verkrijgen van de euro’s want de ECB wil geen risico lopen
Vb Overheidsobligaties

Valuation haircut = Het surpluspercentage die de banken moeten geven aan de ECB zodat hun onderpand meer waard zou zijn dan de lening die ze aangaan

Terugbetalingstermijn zo kort mogelijk = Dit geeft de ECB de maximale flexibiliteit om euro’s snel opnieuw uit omloop te halen indien dit nodig zou blijken

Banken kunnen leningen verkrijgen

  • Interbancaire markt
  • Publiek
  • ECB (enkel op KT)

Aantal veilingen = De ECB organiseert één veiling per week voor een looptijd van één week en één veiling per maand voor een looptijd van 3 maanden
> Looptijden uitbreiden tijdens de crisis

Basisherfinancieringstransacties = Belangrijkste veiling van de ECB (looptijd van één week). De rentevoet die hieruit voortvloeit, is het signaal dat de ECB wil geven over de stand van haar monetair beleid.

De rentewijziging voor basisherfinancieringstransacties zal indirect alle andere rentevoeten inde economie beïnvloeden

Zuivere verwachtingstheorie = De rente die banken elkaar aanrekenen voor bijvoorbeeld een lening op drie maanden zal gelijk zijn aan de gemiddelde rente voor drie opeenvolgende leningen van één maand, plus een kleine premoe, omdat de banken het geld meteen voor een langere periode moeten vastleggen
(1+R2)² = (1+R1) . (1+R1)

Arbitrage = Het profiteren van prijsverschillen tussen verschillende aan elkaar gerelateerde effecten
> Arbitrage is niet toepasbaar want je hebt geen voorgeel als je in een ander tijdsinterval belegt

1.5 Onderpandvereisten ECB en de financiële crisis

Gelijkwaardige onderpandvereisten zorgen voor problemen

  • Alle landen moeten hetzelfde onderpand bieden bij leningen. Een meer logischer systeem zou zijn dat risicovolle landen (Portugal, Griekenland) een hoger onderpand moet aanbieden bij hun leningen dan sterke landen (Duitsland)
  • Banken gebruiken overheidsobligaties als onderpand van risicovolle landen en ze gebruiken de overheidsobligaties van sterke landen voor het transacties op de interbancaire markt

Copyright © 2017. All rights reserved.